Opslag:Pr 2024-04-19om18.30 Parochiezaal-show

Uit Parwiki


ChurchSlide Presentatie

Vrijdag

19 april 2024


Jeugdkoor
repetitie

junioren

Lied 1

1. God kent jou vanaf het begin
Helemaal van buiten en van binnenin.
Hij kent al je vreugde en al je verdriet
Want hij ziet de dingen die een ander niet ziet.
En weet je wat zo mooi is
Bij Jezus voel je je vrij
om helemaal jezelf te zijn
want Hij houdt van jou
Ja, Hij houdt van jou
Ja, Hij houdt van jou en mij.

Lied 1 (2)

2. God kent jou vanaf het begin
Helemaal van buiten en van binnenin.
Hij kent al je vreugde en al je verdriet
Want hij ziet de dingen die een ander niet ziet.
En weet je wat zo mooi is
Bij Jezus voel je je vrij
om helemaal jezelf te zijn
want Hij houdt van jou
Ja, Hij houdt van jou
Ja, Hij houdt van jou en mij.


3. God kent jou vanaf het begin
Helemaal van buiten en van binnenin.
Hij kent al je vreugde en al je
verdriet
Want hij ziet de dingen die een ander niet ziet.
Hij ziet de dingen die een ander niet ziet,
Hij ziet de dingen die een ander niet ziet.

Lied 2

1. Heel gewoon zoals ik ben
ben ik een kind van de Here God.
Heel gewoon zoals ik ben
ben ik een kind van God.
Als ik lach maak ik God blij.
Als ik huil dan troost Hij mij.
Voel ik me goed of juist heel rot.
Ik blijf een kind, een kind van God.

2. Heel gewoon zoals ik ben
ben ik een kind van de Here God.
Heel gewoon zoals ik ben
ben ik een kind van God.
Als ik lach maak ik God blij.
Als ik huil dan troost Hij mij.
Voel ik me goed of juist heel rot.
Ik blijf een kind, een kind van God.

Lied 2 (2)

3. Heel gewoon zoals ik ben
ben ik een kind van de Here God.
Heel gewoon zoals ik ben
ben ik een kind van God.
Als ik lach maak ik God blij.
Als ik huil dan troost Hij mij.
Voel ik me goed of juist heel rot.
Ik blijf een kind, een kind van God.

Lied 3

Ja is ja, nee is nee
beloofd is beloofd
Jezus wil je helpen
als jij in Hem gelooft (2x)


1. Hij is een God van liefde
Hij houdt heel veel van jou
Hij zal je nooit verlaten
Want Hij is altijd trouw
Ja is ja, nee is nee
beloofd is beloofd
Jezus wil je helpen
als jij in Hem gelooft (2x)

Lied 3 (2)

2. Ook wij moeten dit leren
Om altijd trouw te zijn
En doen wat we beloven
Dat geldt voor groot en klein
Ja is ja, nee is nee
beloofd is beloofd
Jezus wil je helpen
als jij in Hem gelooft (2x)


Lied 4

Neem je kroon en zet hem op,
trek je nieuwe kleren aan,
want je bent een kind van God,
in Mijn koninkrijk voortaan.


1. Als je in Mij wilt geloven,
als je Mij je Vader noemt,
dan zal Ik jouw leven maken
zoals Ik het heb bedoeld.
Neem je kroon en zet hem op,
trek je nieuwe kleren aan,
want je bent een kind van God,
in Mijn koninkrijk voortaan.


2. Ik wil samen met jou wonen
in Mijn hemels koninkrijk.
Wil je Mij jouw liefde tonen,
daarmee maak je Mij zo blij?!
Neem je kroon en zet hem op,
trek je nieuwe kleren aan,
want je bent een kind van God,
in Mijn koninkrijk voortaan.


Lied 5

1. Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
`t klopt onrustig en moede voort
zoekend tot het rust vindt in U, Heer
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel


2. Het valt me niet meer zwaar nu ik weet
dat op `t eind U Heer op me wacht
Ook al zijn er vele moeilijke dagen
`k Kom steeds een dagje dichter bij de Hemel!
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel

Lied 5 (2)

3. Tak jest mało czasu, mało dni
Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Serce bije tylko kilka chwil
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
Niespokojnie czeka, wierci się
`t zoekt onrustig en woelt rond
Kiedy w końcu Ty przytulisz je
tot uiteindeijk U zich erover ontfermt
Tak jest mało czasu, mało dni
Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Serce bije tylko kilka chwil
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
Nie wiem czy Cię poznam, ale wiem
Ik weet niet of ik U zal kennen, maar wel
Że na pewno Ty rozpoznasz mnie
dat U mij zeker herkent.
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel

4. Nie jest wcale ciężko kiedy wiem
Het is helemaal niet zwaar als ik maar weet
Że na końcu drogi spotkam Cię
dat aan `t einde van de weg ik U ontmoet
Chociaż było tyle trudnych dni
Ook al waren er moeilijke dagen
Codzień bliżej nieba warto żyć
dagelijk dichter bij de hemel maakt het de moeite waard
Tak jest mało czasu, mało dni
Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Serce bije tylko kilka chwil
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
Nie wiem czy Cię poznam, ale wiem
Ik weet niet of ik U zal kennen, maar wel
Że na pewno Ty rozpoznasz mnie
dat U mij zeker herkent.
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel

5. Mijają godziny, mija czas
De dagen gaan voorbij, de tijd vergaat
Szukam Cię na niebie pośród gwiazd
ik zoek U in de hemel tussen de sterren
Nie wiem czy Cię poznam, ale wiem
Ik weet niet of ik U zal kennen, maar wel
Że na pewno Ty rozpoznasz mnie
dat U mij zeker herkent.
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel

Lied 6

Jesteśmy piękni Twoim pięknem Panie!
Wij zijn een afstraling van uw schoonheid Heer!
Jesteśmy piękni Twoim pięknem Panie!
Wij zijn een afstraling van uw schoonheid Heer!
Ty otwierasz nasze oczy, na piękno Twoje Panie!
U opent onze ogen voor Uw schoonheid, Heer!
Ty otwierasz nasze oczy, Panie!
U opent onze ogen, Heer!
Ty otwierasz nasze oczy na piękno Twoje Panie!
U opent onze ogen voor Uw schoonheid, Heer!
Ty otwierasz nasze oczy Panie, na Twoje piękno.
U opent onze ogen Heer voor Uw schoonheid.

Lied 7

1. Jest zakątek na tej ziemi, gdzie powracać każdy chce
Er is een plek op deze wereld waar ieder wil terugkeren
Gdzie króluje Jej Oblicze, na Nim cięte rysy dwie.
waar haar Beeld regeert met twee diepe sneden erop
Wzrok ma smutny, zatroskany, jakby chciała prosić cię,
Zij heeft een droevig, bezorgd gezicht alsof zij je wil vragen
Byś w matczyną Jej opiekę oddał się.
je aan haar moederlijke zorg toe te vertrouwen.
Madonno, Czarna Madonno, Jak dobrze Twym dzieckiem być!
Madonna, Zwarte Madonna hoe goed is`t Uw kind te zijn
O, pozwól, Czarna Madonno, wramiona Twoje sie skryć!
Och, laat mij, Zwarte Madonna in uw armen geborgen zijn.

Lied 7 (2)

2. W Jej ramionach znajdziesz spokój i uchronisz się od zła,
In haar armen zal je rust vinden en bescherming tegen het kwaad.
Bo dla wszystkich swoich dzieci Ona serce czułe ma.
Want voor al haar kinderen heeft zij een teder hart
I opieką cię otoczy, gdy Jej serce oddasz swe,
en zij omringt met haar zorg ieder die haar hart aan haar geeft
Gdy powtórzysz Jej z radością słowa te:
Als je voor haar vol vreugde deze woorden herhaalt.
Madonno, Czarna Madonno, Jak dobrze Twym dzieckiem być!
Madonna, Zwarte Madonna hoe goed is`t Uw kind te zijn
O, pozwól, Czarna Madonno, wramiona Twoje sie skryć!
Och, laat mij, Zwarte Madonna in uw armen geborgen zijn.

4. Er`s een plek op deze aarde, waar de deur steeds open staat.
Waar Maria onze Moeder vraagt of jij er binnengaat.
Waar je t`recht kunt met je zorgen, met je vreugde en verdriet.
Leg het zacht neer bij Madonna. Zing dit lied:

Madonna, Zwarte Madonna, hoe goed is`t Uw kind te zijn.
Och, laat mij, Zwarte Madonna, bij U steeds geborgen zijn.

Lied 8

1. Is je deur nog op slot? Is je deur nog op slot?
Van je krr krr krr doe `m open voor God,
want de Heer wil bij je wonen
en dan ben je nooit alleen!
Is je deur nog op slot? Is je deur nog op slot?
Van je krr krr krr doe `m open voor God,
want de Heer wil bij je wonen
en dan ben je nooit alleen!


2. Je hart is net een huisje
waar het gezellig is,
Maar `t is er nog zo donker,
er is iets wat ik mis!
Is je deur nog op slot? Is je deur nog op slot?
Van je krr krr krr doe `m open voor God,
Want de Heer wil bij je wonen
en dan ben je nooit alleen!
Want de Heer wil bij je wonen
en dan ben je nooit alleen!

Lied 9

1. Ik heb een plekje voor Jezus.
De deur zet ik open voor Hem.
Hier in mijn hart mag Hij wonen.
Hij weet zo precies wie ik ben.
Kom bij me binnen, Heer Jezus, Jezus, Jezus.
Kom bij me binnen, Heer Jezus.
Ja, U bent welkom, Heer.


2. Ik heb een plekje voor Jezus.
Hij vindt me beslist niet te klein.
Hij maakt het vrolijk van binnen.
Wat vuil was, is nu schoon en rein.
Kom bij me binnen, Heer Jezus, Jezus, Jezus.
Kom bij me binnen, Heer Jezus.
Ja, U bent welkom, Heer.

Lied 9 (2)

3. Heb jij een plekje voor Jezus?
Precies wie je bent is okee!
Doe dan je hart voor Hem open.
En zing het gewoon met ons mee...
Kom bij me binnen, Heer Jezus, Jezus, Jezus.
Kom bij me binnen, Heer Jezus.
Ja, U bent welkom, Heer.


Lied 10

1. Kijk eens Maria, hier in mijn handen
iets wat ik U nog geven moet
Dit is een kaars om bij u te branden
en die wil zeggen: “Wees gegroet” (2x)


2. O alstublieft, onthoud alle dagen
dat `k met dit kaarsje bij U kwam
Als ik U later ooit iets kom vragen
denk dan Maria aan die vlam (2x)


3. Want het is nooit op aarde vernomen
Moeder in de geschiedenis
dat er een mens tot U is gekomen
die niet getroost vertrokken is (2x)