Waar waar mens
Waar waar mens, waar waar ben je dan,
waar ik je vinden kan, `n oog en oor voor mij
Waar waar mens, waar waar ben je dan,
waar ik je vinden kan, die hart geeft ook voor mij
1. Langs vele wegen er mensen staan
die van vermoeidheid niet verder gaan
Ik stel niets voor Heer, maar mag het zijn
dat ik voor mensen een vriend mag zijn
<Refrein>
2. Uit vele ogen spreekt nog verdriet
ze blijven staren en kijken niet
Ik stel niets voor Heer, maar mag het zijn
dat ik voor mensen een troost mag zijn
<Refrein>
3. Vriendschap en liefde, `t is vaak zo teer,
het bloeit soms even, verdwijnt dan weer
Ik stel niets voor Heer, maar mag het zijn
dat ik voor mensen wat trouw mag zijn
<Refrein>
4. O God U kent mij, zoals ik leef,
soms wel gelukkig, maar soms ook leeg
Ik stel niets voor Heer, ik ben maar klein
maar `k wil proberen wat mens te zijn
<Refrein>
|