De Heer is waarlijk opgestaan (de nacht des doods, LD 8
1. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja, halleluja,
de nacht des doods voorbij gegaan. Halleluja, halleluja!
2.Wanneer Hij niet was opgestaan, halleluja, halleluja,
dan zou de wereld zijn vergaan. Halleluja, halleluja!
3. Maar nu Hij overwonnen heeft, halleluja, halleluja,
nu loven wij de Heer die leeft Halleluja, halleluja!
4.Drie vrouwen namen specerij, halleluja, halleluja,
vroeg in de morgen kwamen zij. Halleluja, halleluja!
5. Zij naderden bezorgd het graf, halleluja, halleluja,
`Wie wentelt straks de steen ons af?` Halleluja, halleluja!
6.Maar zie, de steen was weggedaan, halleluja, halleluja,
Een engel sprak de vrouwen aan: Halleluja, halleluja!
7. `Weest niet bevreesd, verheugt u zeer, halleluja, halleluja,
Hij, die gij zoekt, is hier niet meer.` Halleluja, halleluja!
8. `Ach goede engel, zeg mij dan, halleluja, halleluja,
waar Ik mijn Meester vinden kan'. Halleluja, halleluja!
9. Uw Heer, die hier gebonden lag, halleluja, halleluja,
verrees op deze heil'ge dag. Halleluja, halleluja!
10. `Wanneer Hij dan verrezen is, halleluja, halleluja,
wijs, engel, ons waar Jezus is.` Halleluja, halleluja!
11. `Hier was Zijn rustplaats, komt en ziet, halleluja, halleluja,
verblijdt u - `t graf behield Hem niet'. Halleluja, halleluja!
12. Mijn hart is nog vol angst en pijn, halleluja, halleluja,
hoe zou Ik blijde kunnen zijn? Halleluja, halleluja!
13. `Aanschouwt de windsels in het graf, halleluja, halleluja,
die Jozef Hem als doodskleed gaf'. Halleluja, halleluja!
14. `Wij zien het vol verbazing aan halleluja, halleluja,
zeg ons: waarheen is Hij gegaan?` Halleluja, halleluja!
15. Naar Galiléa richt uw voet, halleluja, halleluja,
daar wordt gij door uw Heer begroet. Halleluja, halleluja!
16. `Heb dank, o engel voor uw woord, halleluja, halleluja,
wij haasten ons dat elk het hoort`.Halleluja, halleluja!
17. `Zegt Petrus: Hij is opgestaan! Halleluja, halleluja.
Zegt het al Zijn discipelen aan'. Halleluja, halleluja!
18. Nu klinkt alom de roep voortaan: halleluja, halleluja,
de Heer is waarlijk opgestaan! Halleluja, halleluja!
19. Verblijdt u met ons allen saam, halleluja, halleluja,
lofzingt de Heer en prijst zijn naam! Halleluja, halleluja!
|