ChurchSlide Presentatie
Vrijdag
8 november 2024
Jeugdkoor
repetitie
volwassenen
Lied 1
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods heerlijkheid.
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods heerlijkheid.
1. Hoog in de blauwe lucht
vliegen vogels op hun vlucht.
En in de diepe zee
zwemmen vissen met de golven mee.
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods heerlijkheid.
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods heerlijkheid.
Lied 1 (2)
2. Bomen in het donk`re bos
laten soms hun blaadjes los.
Kijk, hoe het zaadje groeit
tot een bloem in alle kleuren bloeit.
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods heerlijkheid.
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods
heerlijkheid.
Lied 1 (3)
3. Kijk toch eens om je heen,
zoiets moois maakt God alleen.
Hij maakte jou en mij,
dus zing voor Hem dit lied, wees blij.
Heer, ik volg Uw ritme, ik wacht op Uw tijd,
want ik ben geschapen naar Uw heerlijkheid.
Heer, ik volg Uw ritme, ik wacht op
Uw tijd,
want ik ben geschapen naar Uw heerlijkheid.
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods heerlijkheid.
Alles heeft een ritme, alles heeft een tijd.
Alles is geschapen tot Gods heerlijkheid.
Lied 2
1. Dank U voor deze nieuwe morgen
Dank U voor elke nieuwe dag Dank U dat ik met al mijn zorgen
bij U komen mag
2. Dank U voor alle goede vrienden
Dank U O God voor al wat leeft
Dank U voor wat ik niet verdiende
dat Gij mij vergeeft
3. Dank U voor alle bloemengeuren
Dank U voor ieder klein geluk
Dank U voor alle heldere kleuren
Dank U voor muziek
4. Dank U voor vele moeilijkheden
Dank U voor zoveel pijn en strijd
Dank U dat Gij in alle lijden
toch steeds bij ons zijt
Lied 2 (2)
5. Dank U dat Gij hebt willen spreken
Dank U Gij hoort eenieders taal
Dank U dat Gij het brood wilt breken
met ons allemaal
6. Dank U voor hen die mij omringen
dank U voor wat mij toebehoort.
Dank U, voor alle kleine dingen
ieder vriend`lijk woord.
7. Dank U, Uw liefde kent geen grenzen,
Dank U, dat ik nu weet daarvan,
Dank U, o God, ik wil U danken,
dat ik danken kan.
Lied 3
1. Jezus, open mijn oren
Leer mij Uw stem te verstaan
leer mij uw woorden te horen
Te weten waar ik moet gaan
Om Uw licht te verspreiden
Uw naam te belijden
Leer mij uw stem te verstaan
2. Jezus, open mijn ogen
Leer mij de mensen te zien
Zoals U ze ziet uit de hoge
U bent de Heer die ik dien
Om Uw liefde te geven
Aan wie met mij leven
Leer mij de mensen te zien
3. Jezus, ik open mijn handen
Leer mij een zegen te zijn
Maak mij een hulp voor de anderen
Die leven met honger en pijn
Om aan wie U niet kennen
Genezing te brengen
Leer mij een zegen te zijn
Lied 4
1. Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
`t klopt onrustig en moede voort
zoekend tot het rust vindt in U, Heer
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel
2. Het valt me niet meer zwaar nu ik weet
dat op `t eind U Heer op me wacht
Ook al zijn er vele moeilijke dagen
`k Kom steeds een dagje dichter bij de Hemel!
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel
U neemt mij mee, naar de andere kant
achter U aan, ren ik naar de hemel
Lied 4 (2)
3. Tak jest mało czasu, mało dni
Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Serce bije tylko kilka chwil
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
Niespokojnie czeka, wierci się
`t zoekt onrustig en woelt rond
Kiedy w końcu Ty przytulisz je
tot uiteindeijk U zich erover ontfermt
Tak jest mało czasu, mało dni
Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Serce bije tylko kilka chwil
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
Nie wiem czy Cię poznam, ale wiem
Ik weet niet of ik U zal kennen, maar wel
Że na pewno Ty rozpoznasz mnie
dat U mij zeker herkent.
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł Achter u aan ren ik naar de hemel
4. Nie jest wcale ciężko kiedy wiem
Het is helemaal niet zwaar als ik maar weet
Że na końcu drogi spotkam Cię
dat aan `t einde van de weg ik U ontmoet
Chociaż było tyle trudnych dni
Ook al waren er moeilijke dagen
Codzień bliżej nieba warto żyć
dagelijk dichter bij de hemel maakt het de moeite waard
Tak jest mało czasu, mało dni
Er is zo weinig tijd, er zijn zo weinig dagen
Serce bije tylko kilka chwil
Mijn hartje slaat maar enkele slagen
Nie wiem czy Cię poznam, ale wiem
Ik weet niet of ik U zal kennen, maar wel
Że na pewno Ty rozpoznasz mnie
dat U mij zeker herkent.
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
5. Mijają godziny, mija czas
De dagen gaan voorbij, de tijd vergaat
Szukam Cię na niebie pośród gwiazd
ik zoek U in de hemel tussen de sterren
Nie wiem czy Cię poznam, ale wiem
Ik weet niet of ik U zal kennen, maar wel
Że na pewno Ty rozpoznasz mnie
dat U mij zeker herkent.
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
Zabierzesz mnie na drugi brzeg
Breng me naar de overkant
Za Tobą będę do nieba biegł
Achter u aan ren ik naar de hemel
Lied 5
1. Ga maar gerust naar Jezus toe,
als jij verdrietig bent.
Hij zelf heeft hier op aarde ook
verdriet en pijn gekend.
Ga maar gerust naar Jezus toe,
al is ook alles mis.
Je kunt zo met Hem praten,
vertel Hem wat er is.
2. Ga maar gerust naar Jezus toe,
als jij je eenzaam voelt.
Hij zelf is vaak alleen geweest,
Hij weet wat jij bedoelt.
Ga maar gerust naar Jezus toe
en zeg Hem wat er scheelt.
Hij vindt het fijn als jij met Hem
gewoon je zorgen deelt.
Lied 6
Confitemini Domino, quoniam bonus.
Brengt dank aan de Heer, want Hij is goed.
Confitemini Domino, alleluia.
Brengt dank aan de Heer, alleluia.
Lied 7
1. I am an instrument of the living God
My life a melody to His name
More than the songs I sing
Worship is everything
I live to glorify my King
Hear the song of my life
Let it be a sweet, sweet sound
Let it be a sweet, sweet sound
I raise this anthem high
Let it be a sweet, sweet sound
Let it be a sweet, sweet sound
Lied 7 (2)
2. Through all the mire and clay
You`re washing me with grace
You carry me, oh Lord, through it all
So I will testify even in the fire
I live to praise my Savior
Hear the song of my life
Let it be a sweet, sweet sound
Let it be a sweet, sweet sound
I raise this anthem high
Let it be a sweet, sweet sound
Let it be a sweet, sweet sound
3. Let everything that has breath
Praise the Lord, Praise the Lord
And all creation will sing Hallelujah
Hear the song of my life
Let it be a sweet, sweet sound
Let it be a sweet, sweet sound
I raise this anthem high Let it be a sweet, sweet sound
Let it be a sweet, sweet sound
Lied 8
Pie Jesu, Pie Jesu,
Barmhartige Jezus, Barmhartige Jezus,
Pie Jesu, Pie Jesu,
Barmhartige Jezus, Barmhartige Jezus,
Qui tollis peccata mundi;
Die de zonden van de wereld wegneemt;
Dona eis requiem,
Geef hen de rust,
Dona eis requiem.
Geef hen de rust.
Pie Jesu, Pie Jesu,
Barmhartige Jezus, Barmhartige Jezus,
Pie Jesu, Pie Jesu,
Barmhartige Jezus, Barmhartige Jezus,
Qui tollis peccata mundi;
Die de zonden van de wereld wegneemt;
Dona eis requiem,
Geef hen de rust,
Dona eis requiem.
Geef hen de rust.
Agnus Dei, Agnus Dei,
Lied 8 (2)
Agnus Dei, Agnus Dei,
Lam Gods, Lam Gods,
Qui tollis peccata mundi;
Die de zonden van de wereld wegneemt;
Dona eis requiem,
Geef hen de rust,
Dona eis requiem.
Geef hen de rust.
Sempiternam, sempiternam requiem.
De eeuwige, eeuwige rust.
Lied 9
1. Joyful, joyful, we adore Thee,
God of glory, Lord of love;
Hearts unfold like flowers before Thee,
Praising Thee, their sun above.
Melt the clouds of sin and sadness;
Drive the dark of doubt away;
Giver of immortal gladness,
Fill us with the light of day!
2. All Thy works with joy surround Thee,
Earth and heaven reflect Thy rays, Stars and angels sing around Thee,
Center of unbroken praise:
Field and forest, vale and mountain,
Blooming meadow, flashing sea,
Chanting bird and flowing fountain
Call us to rejoice in Thee.
Lied 9 (2)
3. Thou art giving and forgiving,
Ever blessing, ever blest,
Well -spring of the joy of living,
Ocean -depth of happy rest!
Thou our Father, Christ our brother,
All who live in love are Thine:
Teach us how to love each other,
Lift us to the joy divine.
4. Mortals, join the mighty chorus,
Which the morning stars began;
Father -love is reigning o`er us,
Brother -love binds man to man.
Ever singing march we onward,
Victors in the midst of strife,
Joyful music leads us sunward
In the triumph song of life.
Lied 10
Wait for the Lord, whose day is near.
Wait for the Lord: keep watch, take heart!
Lied 11
In een stalletje,
in een stalletje zo arm.
Ligt een baby`tje,
ligt een baby`tje zo warm.
Op een bedje van stro,
in een wiegje van hout.
Niemand weet nog
hoeveel het van mensen houdt.
Hoeveel het van mensen houdt.
In een kribbetje,
in een kribbetje zo klein.
Ligt een baby`tje,
ligt een baby`tje zo fijn.
En het is nog zo teer,
nu zijn leven begint
Maar toch is het voor ons
als een koningskind.
En toch is het een koningskind!
Lied 11 (2)
En het is nog zo teer, nu zijn leven begint!
Maar toch is het voor ons,
als een koningskind.
En toch is het een koningskind!
En toch is het een koningskind!
Lied 12
Il est né, le divin Enfant,
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Jouez, hautbois, résonnez, musettes;
Laat je horen, hobo en trekharmonica.
Il est né, le divin Enfant;
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Chantons tous son avènement!
Laten wij allen zijn komst bezingen.
Lied 12 (2)
1. Depuis plus de quatre mille ans,
Sedert meer dan vierduizend jaar
Nous le promettaient les Prophètes;
Beloofden het ons de profeten.
Depuis plus de quatre mille ans,
Sedert meer dan vierduizend jaar
Nous attendions cet heureux temps.
Hebben wij dit gelukkige moment afgewacht.
Il est né, le divin Enfant,
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Jouez, hautbois, résonnez, musettes;
Laat je horen, hobo en trekharmonica.
Il est né, le divin Enfant;
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Chantons tous son avènement!
Laten wij allen zijn komst bezingen.
Lied 12 (3)
2. Ah! qu`il est beau, qu`il est charmant,
Wat is hij mooi, wat is hij charmant!
Ah! que ses grâces sont parfaites!
Wat is zijn bevalligheid volmaakt!
Ah! qu`il est beau, qu`il est charmant,
Wat is hij mooi, wat is hij charmant!
Qu`il est doux ce divin Enfant!
Wat is hij zoet, dit goddelijke kind!
Il est né, le divin Enfant,
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Jouez, hautbois, résonnez, musettes;
Laat je horen, hobo en trekharmonica.
Il est né, le divin Enfant;
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Chantons tous son avènement!
Laten wij allen zijn komst bezingen.
3. Une étable est son logement,
Een stal is zijn huisvesting,
Un peu de paille, sa couchette,
Een beetje stro zijn bedje.
Une étable est son logement,
Een stal is zijn huisvesting,
Pour un Dieu, quel abaissement!
Wat een vernedering voor een God!
Il est né, le divin Enfant,
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Jouez, hautbois, résonnez, musettes;
Laat je horen, hobo en trekharmonica.
Il est né, le divin Enfant;
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Chantons tous son avènement!
Laten wij allen zijn komst bezingen.
4. Il veut nos coeurs, il les attend,
Hij wil onze harten, hij wacht op ze.
Il vient en faire la conquête;
Hij komt om ze te veroveren.
il veut nos coeurs, il les attend,
Hij wil onze harten, hij wacht op ze.
Qu`ils soient à lui dès ce moment!
Mogen ze vanaf nu hem toebehoren!
Il est né, le divin Enfant,
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Jouez, hautbois, résonnez, musettes;
Laat je horen, hobo en trekharmonica.
Il est né, le divin Enfant;
Hij is geboren, het goddelijke kind.
Chantons tous son avènement!
Laten wij allen zijn komst bezingen.
Lied 13
Veni Sancte Spiritus!
Kom H. Geest!
Lied 14
1. Heer, U bent mijn leven, de grond waarop ik sta.
Heer, U bent mijn weg, de waarheid die mij leidt.
Uw woord is het pad, de weg waarop ik ga,
zolang U mij adem geeft, zolang als ik besta.
Ik zal niet meer vrezen, want U bent bij mij.
Heer, ik bid U, blijf mij nabij.
2. `k Geloof in U, Heer Jezus, geboren uit de maagd,
eeuw`ge Zoon van God, die mens werd zoals wij.
U die stierf uit liefde, leeft nu onder ons:
één met God de Vader en verenigd met uw volk; tot de dag gekomen is van uw
wederkomst,
dan brengt U ons thuis in Gods rijk.
3. Heer, U bent mijn kracht, de Rots waarop ik bouw.
Heer, U bent mijn waarheid, de vrede van mijn hart.
En niets in dit leven zal ons scheiden, Heer;
zo weet ik mij veilig, want uw hand laat mij nooit los.
Van wat ik misdaan heb, heeft U mij bevrijd
en in uw vergeving leef ik nu.
Lied 14 (2)
4. Vader van het leven, ik geloof in U.
Jezus, de Verlosser, wij hopen steeds op U.
Kom hier in ons midden, Geest van liefd` en kracht,
U die via duizend wegen ons hier samen brengt;
en op duizend wegen zendt U ons weer uit,
om het zaad te zijn van Gods rijk.
5. Wierzę w Ciebie Panie coś, mnie obmył win,
Ik geloof in U Heer, die mijn schulden hebt vergeven
Wierzę, że człowiekiem stał się Boży Syn
Ik geloof dat Gods Zoon mens geworden is
Miłość Ci kazała krzyż na plecy brać,
De liefde gebood U om het kruis te dragen
W tabernakulum zostałeś aby z nami trwać
In het tabernakel wilt u onder ons verblijven
Jesteś przewodnikiem nam do wieczności bram
U bent onze gids naar de poort van de eeuwigheid
Tam przygarniesz nas do siebie.
Daar zult U zelf ons omhelzen.
Lied 14 (3)
6. Tyś jest moim życiem, boś Ty żywy Bóg,
U bent mijn leven, want U bent de levende God.
Tyś jest moją drogą, najpiękniejszą z dróg.
U bent mijn weg, de allermooiste weg.
To jest moją prawdą, co oświeca mnie,
Het is de waarheid die mij verlicht
Boś odwiecznym Synem Ojca, który wszystko wie.
U bent de eeuwige Zoon van de Vader, die alles weet.
Nic mnie nie zatrwoży już wśród najcięższych burz,
Niets zal mij deren in de zwaarste stormen
Bo Ty Panie jesteś ze mną.
want U Heer bent bij mij.
Lied 14 (4)
7. Tyś jest moją siłą, w Tobie moja moc,
U bent mijn kracht, in U vindt ik mijn sterkte
Tyś jest mym pokojem w najburzliwszą noc,
U bent mijn rustplaats in de onweersnacht,
Tyś jest mym ratunkiem, gdy zagraża los, U bent mijn redding, als mijn leven bedreigd wordt
Moją słabą ludzką rękę ujmij w swoją dłoń.
Neem mijn zwakke mensenhand in uw hand.
Z Tobą przejdę poprzez świat w ciągu życia lat
Met U samen ga ik heel mijn leven door deze wereld
I nic złego mnie nie spotka.
Niets slechts zal mijn overkomen.
Lied 14 (5)
8. Tobie Boże miłość, wiarę swoją dam.
Voor U Heer is mijn liefde, U geef ik mijn geloof
W Tobie Synu Boży ufność swoją mam.
In U, Zoon van God, stel ik mijn vertrouwen.
Duchu Święty Boże w serce moje zstąp
Heilige Geest, kom in mijn hart
I miłości Bożej ziarno rzuć w me serce w głąb.
Goddelijke liefde, zaai het graan in mijn hart.
W duszy mojej rozpal żar, siedmioraki dar,
Ontsteek het vuur in mijn ziel, de zevenvoudige gave
Daj mi stać się Bożą rolą.
Laat mij doen wat God van me wil.
Lied 15
1. Lieve Jezus van de kribbe, lieve Jezus van het kruis
deze dag wil ik U bidden: breng uw zegen bij ons thuis:
bij mijn broertjes en mijn zusjes en bij onze pap en mam,
opa, oma, neven, nichten, ooms en tantes waar`t maar kan.
2. En de buren en de vrienden en de
hele wereld, God!
Laat uw Moeder hen toch zeggen dat U deelt in ieders lot.
Dat ze zich mogen verheugen over uw aanwezigheid
in de ziel die juicht van vreugde, maar ook in de ziel die lijdt.
3. Lieve Jezus van het altaar, lieve Jezus Brood en Wijn,
help ons om zoals Maria echt een
kind van God te zijn:
Om te doen wat Hij zou willen en te danken, altijd maar;
om de Vader te aanbidden en te houden van elkaar.
Lied 16
1. As the deer panteth for the water
So my soul longeth after Thee
You alone are my heart`s desire
And I long to worship Thee
You alone are my strength my shield
To You alone may my spirit yield
You alone are my heart`s desire
And I long to worship Thee
2. Als een hert dat verlangt naar
water,
zo verlangt mijn ziel naar U.
U alleen kunt mijn hart vervullen,
mijn aanbidding is voor U.
U alleen bent mijn Kracht, mijn Schild.
Aan U alleen geef ik mij geheel.
U alleen kunt mijn hart vervullen,
mijn aanbidding is voor U.
Lied 17
1. W Ciele Chrystusa tworzymy jedno
In Christus` Lichaam zijn wij allen één
chociaż tak wielu nas jest
ondanks dat wij met velen zijn
W Ciele Chrystusa tworzymy jedno
In Christus` Lichaam zijn wij allen één
chociaż tak wielu nas jest
ondanks dat wij met velen zijn
Jeden Duch, jedna wiara, jedna nadzieja w nas jest
Eén Geest, één geloof, één hoop die in ons leeft
Jeden Duch, jedna wiara, jeden Bóg i Ojciec nasz
Eén Geest, één geloof, één God en Onze Vader.
2. In Christus` Lichaam zijn wij allen één
ondanks dat wij met velen zijn
In Christus` Lichaam zijn wij allen één
ondanks dat wij met velen zijn
Eén Geest, één geloof, één hoop die in ons leeft
Eén Geest, één geloof, één God en Onze Vader.
Lied 18
1. Het wordt een lange reis,
een lange weg te lopen
voor Jozef en Maria,
die op het kindje hopen.
Geen herberg is meer vrij, ze moeten steeds maar vragen.
Geen herberg is meer vrij, ze moeten vragen.
Maria wordt zo moe, maar Jozef zal haar dragen.
Maria wordt zo moe, maar Jozef zal haar dragen.
2. Ze gaan naar Bethlehem,
de keizer wil graag weten
wie wonen in zijn land
en hoe ze allen heten.
Geen herberg is meer vrij, ze moeten steeds maar vragen.
Geen herberg is meer vrij, ze moeten vragen.
Maria wordt zo moe, maar Jozef zal haar dragen.
Maria wordt zo moe, maar Jozef zal haar dragen.
Lied 18 (2)
3. `t Wordt nacht in Bethlehem.
Bij d`ezel, os en schapen
is wel een plaats voor hen.
daar kunnen zij gaan slapen. Geen herberg is meer vrij, ze moeten steeds maar vragen.
Geen herberg is meer vrij, ze moeten vragen.
Maria wordt zo moe, maar Jozef zal haar dragen.
Maria wordt zo moe, maar Jozef zal haar dragen.
Lied 19
1. My Jesus, I love Thee, I know Thou art mine;
For Thee all the follies of sin I resign.
My gracious Redeemer, my Savior art Thou;
If ever I loved Thee, my Jesus, `tis now.
2. I love Thee because Thou has first loved me,
And purchased my pardon on Calvary`s tree.
I love Thee for wearing the thorns on Thy brow;
If ever I loved Thee, my Jesus, `tis now.
3. I`ll love Thee in life, I will love Thee in death,
And praise Thee as long as Thou lendest me breath;
And say when the death dew lies cold on my brow,
If ever I loved Thee, my Jesus, `tis now.
4. In mansions of glory and endless delight,
I`ll ever adore Thee in heaven so bright;
I`ll sing with the glittering crown on my brow;
If ever I loved Thee, my Jesus, `t is now.
Lied 19 (2)
5. Mijn Jezus ik hou van U, ik noem U mijn vriend
Want U nam de straf op U die ik had verdiend
De grote verlosser mijn redder bent U
`k Heb van U gehouden, maar nooit zoveel als nu
6. Mijn Jezus ik hou van U want U hield van mij
Toen U aan het kruis hing een wond in uw zij
Voor mij de genade een doornenkroon voor U
`k Heb van U gehouden, maar nooit zoveel als nu
7. Ik zal van U houden in leven en dood
En ik wil U prijzen zelfs dan in mijn nood
Als ik kom te sterven dan roep ik tot U
`k Heb van U gehouden, maar nooit zoveel als nu
8. Als ik in uw glorie uw eeuwigheid kom
Dan buig ik mij voor U in uw heiligdom
Gekroond met uw heerlijkheid zal `k zingen voor U
`k Heb van U gehouden, maar nooit zoveel als nu
Lied 20
1. Bless the Lord, my soul,
and bless God`s holy name.
Bless the Lord, my soul,
who leads me into life.
2. Prijs de Heer mijn ziel
en prijs zijn heil`ge naam.
Prijs de Heer mijn ziel,
die mij het leven geeft.
Lied 21
O Heer God aan U zij glorie
Lof en eer in alle eeuwen
Altijd blijft Uw liefde duren
U zij glorie, lof en eer
1. Werken van God...
en Gij Gods eng`len...
aarde en hemel...
brengt uw Koning lof en eer!
O Heer God aan U zij glorie
Lof en eer in alle eeuwen
Altijd blijft Uw liefde duren
U zij glorie, lof en eer
2. Zon en maan...
sterren des hemels...
regen en dauw...
brengt uw Koning lof en eer!
O Heer God aan U zij glorie
Lof en eer in alle eeuwen
Altijd blijft Uw liefde duren
U zij glorie, lof en eer
3. Hitte en vuur...
ijs, rijp en sneeuwjacht...
stormen en wind...
brengt uw Koning lof en eer!
O Heer God aan U zij glorie
Lof en eer in alle eeuwen
Altijd blijft Uw liefde duren
U zij glorie, lof en eer
4. Donker en licht...
nachten en dagen...
bliksem en wolken...
brengt uw Koning lof en eer!
O Heer God aan U zij glorie
Lof en eer in alle eeuwen
Altijd blijft Uw liefde duren
U zij glorie, lof en eer
5. Bergen en heuvels...
planten op aarde...
beesten en dieren...
brengt uw Koning lof en eer!
O Heer God aan U zij glorie
Lof en eer in alle eeuwen
Altijd blijft Uw liefde duren
U zij glorie, lof en eer
6. En gij zijn volk...
priesters des Heren...
gij die Hem dient...
brengt uw Koning lof en eer!
O Heer God aan U zij glorie
Lof en eer in alle eeuwen
Altijd blijft Uw liefde duren
U zij glorie, lof en eer
|