Zaterdag
4 januari 2025
Vooravond van Openbaring van de Heer ■
|
Intredelied:
1. Wij komen tezamen onder `t sterrenblinken
Een lied moet weerklinken voor Bethlehem
Christus geboren, zingen d`eng`lenkoren
Venite adoremus, venite adoremus,
venite adoremus Dominum.
|
2. Drie wijzen met wierook kwamen er van verre
Zij volgden Zijn sterre naar Bethlehem
Herders en wijzen komen Jezus prijzen
Venite adoremus, venite adoremus,
venite adoremus Dominum.
|
3. Ook wij, uitverkoren, mogen U begroeten
en kussen Uw voeten Emmanuel
Wij willen geven hart en geest en leven.
Venite adoremus, venite adoremus,
venite adoremus Dominum. ■
|
Schuldbelijdenis:
Ik belijd voor de almachtige God, en voor u allen, dat ik gezondigd heb, in woord en gedachte, in doen en laten, door mijn schuld, door mijn schuld, door mijn grote schuld.
Daarom smeek ik de heilige Maria, altijd maagd,
|
alle engelen en heiligen, en u, broeders en zusters, voor mij te bidden tot de Heer onze God. ■
|
Heer ontferm U:
Heer, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, ontferm U over ons.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons. ■
|
Eer aan God:
Eer aan God in den hoge, en vrede op aarde aan de mensen die Hij liefheeft.
Wij loven U.
Wij prijzen en aanbidden U.
Wij verheerlijken U en zeggen U dank voor Uw grote heerlijkheid.
Heer God, hemelse Koning,
|
God, Almachtige Vader,
Heer, eniggeboren Zoon, Jezus Christus;
Heer God, Lam Gods, Zoon van de Vader,
Gij, die wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons;
Gij, die wegneemt de zonden der wereld,
|
aanvaard ons gebed;
Gij, die zit aan de rechterhand van de Vader; ontferm U over ons.
Want Gij alleen zijt de Heilige.
Gij alleen de Heer.
Gij alleen de Allerhoogste: Jezus Christus.
Met de Heilige Geest, in de
|
heerlijkheid van God de Vader. Amen. ■
|
Eerste lezing:
Uit de profeet Jesaja (Jes. 60,1-6)
Sta op, laat het licht u beschijnen, Jeruzalem,
want de Zon gaat over u op
en de glorie van de Heer begint over u te schijnen.
Want zie:
|
duisternis bedekt de aarde, het donker de volkeren
maar over u gaat de Heer op
en zijn glorie is boven u verschenen.
Volkeren komen af op uw licht,
koningen op de luister van uw dageraad.
|
Sla uw ogen op en zie om u heen:
van overal stromen ze naar u toe,
uw zonen komen van verre,
uw dochters draagt men op de arm.
Bij het zien hiervan zult gij met blijdschap worden vervuld
|
en uw hart zal bonzen en wijd worden van vreugde.
Want de schatten der zee gaan over in uw bezit,
de rijkdommen der volkeren worden aan u afgedragen.
Een zee van kamelen bedekt u,
jonge kamelen van Midjan
|
en Efa.
Alle bewoners van Sjeba trekken naar u toe;
ze voeren goud en wierook aan
en verkondigen luid de roem van de Heer.
Zo spreekt de Heer.
Wij danken God. ■
|
Tussenzang:
1. Komt, wijzen uit het verre oosten,
komt heidenen van heidens ver,
die zich een lange reis getroosten
in `t licht van Christus` koningsster;
komt, al wie bij Hem wil
|
behoren,
komt, want uw Zon is opgegaan;
ziet waar uw Koning is geboren,
en brengt Hem uw geschenken aan.
2. Komt, want uw Koning is gekomen:
|
Hij heeft de macht en heerschappij;
Hij die uw vlees heeft aangenomen,
maakt alle vlees van zonden vrij.
Aanbidt de Koning van de Joden:
Herodes is uw koning niet,
maar Wie Zich eens voor u
|
laat doden;
heil is al wat Hij u gebiedt. ■
|
Tweede lezing:
Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de Christenen van Efeze (Ef. 3,2-3a.5-6)
Broeders en zusters,
Gij hebt vernomen
hoe zich de genade Gods heeft verwezenlijkt
|
die mij met het oog op u gegeven is;
door openbaring is mij de kennis van het geheim meegedeeld,
zoals ik het reeds in het kort heb beschreven.
Nooit is het onder vroegere geslachten
aan de kinderen der
|
mensen bekend gemaakt,
zoals het nu door de Geest is geopenbaard
aan zijn heilige apostelen en profeten:
dat de heidenen in Christus Jezus mede-erfgenamen zijn,
medeleden en mededeelgenoten van de
|
belofte
door middel van het evangelie.
Zo spreekt de Heer.
Wij danken God. ■
|
Tussenzang (2):
Alleluia, alleluia, alleluia
1. Bejubelt de Heer alle volkeren
loof Hem alle landen.
Alleluia, alleluia, alleluia
2. Gekomen is over ons Zijn barmhartigheid
|
en zijn trouw duurt eeuwig.
Alleluia, alleluia, alleluia ■
|
Evangelie:
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs (Mt. 2,1-12)
Toen Jezus te Betlehem in Juda geboren was,
ten tijde van koning Herodes,
kwamen er te Jeruzalem
|
Wijzen uit het oosten en vroegen:
“Waar is de pasgeboren koning der Joden?
Want wij hebben zijn ster in het oosten gezien
en zijn gekomen om Hem onze hulde te brengen.”
Toen koning Herodes dit hoorde werd hij verontrust
|
en heel Jeruzalem met hem.
Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk bijeen
en legde hun de vraag voor
waar de Christus moest geboren worden.
Zij antwoordden hem:
“Te Betlehem in Juda.
|
Zo immers staat er geschreven bij de profeet:
En gij Betlehem, landstreek van Juda,
gij zijt volstrekt niet de geringste onder de leiders van Juda,
want uit u zal een leidsman te voorschijn treden,
die herder zal zijn over mijn
|
volk Israël.”
Toen ontbood Herodes in het geheim de Wijzen
en hij vroeg hun nauwkeurig naar de tijd
waarop de ster verschenen was.
Daarop zond hij hen naar Betlehem met de opdracht:
“Gaat een zorgvuldig
|
onderzoek instellen naar het Kind,
en wanneer gij het gevonden hebt, bericht het mij dan
opdat ook ik het hulde kan gaan brengen.”
Na de koning aanhoord te hebben vertrokken zij.
En zie,
|
de ster die zij in het oosten gezien hadden, ging voor hen uit
totdat ze boven de plaats waar het Kind zich bevond
stil bleef staan.
Op het zien van de ster werden zij vervuld van overgrote vreugde.
Zij gingen het huis binnen,
|
zagen er het Kind met zijn moeder Maria
en op hun knieën neervallend betuigden zij het hun hulde.
Zij haalden hun schatten te voorschijn
en boden het geschenken aan:
goud, wierook en mirre.
|
En in een droom van Godswege gewaarschuwd
niet meer naar Herodes terug te keren,
vertrokken zij langs een andere weg naar hun land.
Zo spreekt de Heer.
Wij danken God. ■
|
Geloofsbelijdenis:
Ik geloof in God de almachtige Vader,
schepper van hemel en aarde.
En in Jezus Christus, Zijn enige Zoon, onze Heer,
die ontvangen is van de Heilige Geest,
geboren uit de Maagd
|
Maria,
die geleden heeft onder Pontius Pilatus
is gekruisigd, gestorven en begraven,
die nedergedaald is ter helle,
de derde dag verrezen uit de doden,
die opgestegen is ten
|
hemel,
zit aan de rechterhand van God, de almachtige Vader;
vandaar zal Hij komen oordelen
de levenden en de doden.
Ik geloof in de Heilige Geest:
de heilige katholieke Kerk,
de gemeenschap van de
|
heiligen,
de vergeving van de zonden,
de verrijzenis van het lichaam,
en het eeuwig leven.
Amen. ■
|
Voorbede:
- voor de Kerk dat zij in deze tijd wegen mag vinden om de boodschap van Jezus aan alle mensen te verkondigen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons.
|
- voor alle machthebbers in deze wereld dat zij Jezus Christus mogen aanbidden als de ware koning van hemel en aarde, naar het voorbeeld van de drie koningen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons.
|
- voor alle kinderen en jongeren uit onze parochie dat zij mensen mogen ontmoeten die hen, zoals de ster van de koningen, de weg naar Jezus tonen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons.
|
- voor allen die op dit ogenblik lijden onder de gevolgen van natuurrampen, oorlog of onrecht dat God zich over hen mag ontfermen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons. ■
|
Offerandelied:
1. Nu zijt wellekome, Jesu, lieve Heer
Gij komt van alzo hoge, van alzo veer.
Nu zijt wellekome van de hoge hemel neer
hier al in dit aardrijk zijt Gij gezien nooit meer.
Kyrieleis
|
4. d`Heilige drie Koon`gen uit zo verre land
zij zochten onze Here met offerhand
z` offerden ootmoedelijk myr`, wierook ende goud
t` eren van den Kinde, dat alle ding behoudt.
Kyrieleis ■
|
Bede over de gaven:
Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen, tot lof en eer van Zijn naam, tot welzijn van ons van heel Zijn heilige Kerk. ■
|
Heilig:
Heilig, heilig, heilig de Heer, de God der hemelse machten!
Vol zijn hemel en aarde van Uw heerlijkheid.
Hosanna in den hoge!
Gezegend Hij die komt in de naam des Heren
Hosanna in den hoge! ■
|
Acclamatie:
Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt. ■
|
Onze Vader:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
uw naam worde geheiligd,
uw rijk kome,
uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze
|
schulden,
zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren,
en breng ons niet in beproeving
maar verlos ons van het kwade. ■
|
Doxologie:
Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen ■
|
Lam Gods:
Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons
Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons
Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld, geef ons de vrede ■
|
Uitnodiging:
Heer, ik ben niet waardig, dat Gij tot mij komt, maar spréék en ik zal gezond worden. ■
|
Communielied:
1. Drie koningen zagen een sterre
een sterre van wondere pracht
de sterre van Jacob het teken
zo lang aan de hemel verwacht.
Zij repten zich heen in `t
|
geleide
der ster die zij hadden aanschouwd
naar `t land van de Joden met giften
van mirre, van wierook en goud.
2. Toen zij te Jeruzalem kwamen
|
verdween er de sterre meteen
zij gingen naar koning Herodes
en vroegen: “Waar moeten wij heen?
Waar is er de koning geboren,
wiens sterre wij hebben aanschouwd?
|
Wij zijn ter aanbidding gekomen
met mirre met wierook en goud.”
3. En toen zij daar hadden vernomen:
“naar Bethlehem moet gij dan gaan”,
vertoonde zich weder de
|
sterre
en reisden zij blijde weer aan.
Zij vonden het koninklijk Kindje
en knielden aanbiddend terneer,
met goud en met wierook en mirre
en keerden vol
|
dankbaarheid weer. ■
|
Moge de Heer de ster zijn die onze wegen geleidt! ■
|
|