Zondag
5 januari 2025
Openbaring van de Heer ■
|
Intredelied:
1. Adeste fideles, læti, triumphantes:
Komt gelovigen, jubelend van vreugde,
venite, venite in Bethlehem:
komt, komt nu naar Bethlehem.
Natum videte Regem angelorum:
Ziet nu de Vorst der eng`len, hier geboren,
Venite, adoremus, venite adoremus,
Komt laten wij aanbidden, komt laten wij aanbidden
venite, adoremus, Dominum.
komt laten wij de Heer aanbidden.
|
2. Et grege relicto, humiles ad cunas
Hun kudde achtergelaten, naderen
vocati pastores approperant.
de gewekte redders nederig tot de kribbe.
Et nos ovanti gradu festinemus
Laat ons er snel naartoe spoeden.
Venite, adoremus, venite adoremus,
Komt laten wij aanbidden, komt laten wij aanbidden
venite, adoremus, Dominum.
komt laten wij de Heer aanbidden.
|
3. Æterni Parentis splendorum æternum
Laten wij de eeuwige Heerlijkheid van de eeuwige Vader
velatum sub carne videbimus:
verborgen onder de sluier van het vlees aanschouwen.
Deum infantem, pannis involutum:
Het godskind, gewikkeld in doeken.
Venite, adoremus, venite adoremus,
Komt laten wij aanbidden, komt laten wij aanbidden
|
venite, adoremus, Dominum.
komt laten wij de Heer aanbidden.
4. Pro nobis egenum et foeno cubantem
Voor ons arm geworden en liggend in het hooi
piis foveamus amplexibus
laten wij Hem liefdevol omarmen
Sic nos amantem quis non redamaret?
Zou Hij die ons zo liefheeft, ons niet verlossen?
|
Venite, adoremus, venite adoremus,
Komt laten wij aanbidden, komt laten wij aanbidden
venite, adoremus, Dominum.
komt laten wij de Heer aanbidden. ■
|
Schuldbelijdenis:
Ik belijd voor de almachtige God, en voor u allen, dat ik gezondigd heb, in woord en gedachte, in doen en laten, door mijn schuld, door mijn schuld, door mijn grote schuld.
Daarom smeek ik de heilige Maria, altijd maagd, alle engelen en heiligen, en u, broeders en zusters, voor mij te bidden tot de Heer onze God. ■
|
Heer ontferm U:
Heer, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons.
Christus, ontferm U over ons.
Christus, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons. ■
|
Eer aan God:
Eer aan God in den hoge, en vrede op aarde aan de mensen die Hij liefheeft.
Wij loven U.
Wij prijzen en aanbidden U.
Wij verheerlijken U en zeggen U dank voor Uw grote heerlijkheid.
Heer God, hemelse Koning, God, Almachtige Vader,
Heer, eniggeboren Zoon, Jezus
|
Christus;
Heer God, Lam Gods, Zoon van de Vader,
Gij, die wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons;
Gij, die wegneemt de zonden der wereld, aanvaard ons gebed;
Gij, die zit aan de rechterhand van de Vader; ontferm U over ons.
Want Gij alleen zijt de Heilige.
Gij alleen de Heer.
|
Gij alleen de Allerhoogste: Jezus Christus.
Met de Heilige Geest, in de heerlijkheid van God de Vader. Amen. ■
|
Eerste lezing:
Uit de profeet Jesaja (Jes. 60,1-6)
Sta op, laat het licht u beschijnen, Jeruzalem,
want de Zon gaat over u op
en de glorie van de Heer begint over u te schijnen.
Want zie:
duisternis bedekt de aarde, het donker de volkeren
|
maar over u gaat de Heer op
en zijn glorie is boven u verschenen.
Volkeren komen af op uw licht,
koningen op de luister van uw dageraad.
Sla uw ogen op en zie om u heen:
van overal stromen ze naar u toe,
uw zonen komen van verre,
uw dochters draagt men op de arm.
Bij het zien hiervan zult gij met blijdschap worden vervuld
|
en uw hart zal bonzen en wijd worden van vreugde.
Want de schatten der zee gaan over in uw bezit,
de rijkdommen der volkeren worden aan u afgedragen.
Een zee van kamelen bedekt u,
jonge kamelen van Midjan en Efa.
Alle bewoners van Sjeba trekken naar u toe;
ze voeren goud en wierook aan
|
en verkondigen luid de roem van de Heer.
Zo spreekt de Heer.
Wij danken God. ■
|
Tussenzang:
1. The first Nowell the angels did say
Was to certain poor shepherds in fields as they lay;
In fields where they lay keeping their sheep,
On a cold winter`s night that was so deep.
Nowell! Nowell! Nowell! Nowell!
Born is the King of Israel!
|
2. And by the light of that same star
Three wise men came from country far;
To seek for a King was their intent,
And to follow the star wherever it went.
Nowell! Nowell! Nowell! Nowell!
Born is the King of Israel! ■
|
Tweede lezing:
Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de Christenen van Efeze (Ef. 3,2-3a.5-6)
Broeders en zusters,
Gij hebt vernomen
hoe zich de genade Gods heeft verwezenlijkt
die mij met het oog op u gegeven is;
door openbaring is mij de kennis van
|
het geheim meegedeeld,
zoals ik het reeds in het kort heb beschreven.
Nooit is het onder vroegere geslachten
aan de kinderen der mensen bekend gemaakt,
zoals het nu door de Geest is geopenbaard
aan zijn heilige apostelen en profeten:
|
dat de heidenen in Christus Jezus mede-erfgenamen zijn,
medeleden en mededeelgenoten van de belofte
door middel van het evangelie.
Zo spreekt de Heer.
Wij danken God. ■
|
Tussenzang (2):
1. Drie koningen zagen een sterre
een sterre van wondere pracht
de sterre van Jacob het teken
zo lang aan de hemel verwacht.
Zij repten zich heen in `t geleide
der ster die zij hadden aanschouwd
naar `t land van de Joden met giften
van mirre, van wierook en goud.
2. Toen zij te Jeruzalem kwamen
|
verdween er de sterre meteen
zij gingen naar koning Herodes
en vroegen: “Waar moeten wij heen?
Waar is er de koning geboren,
wiens sterre wij hebben aanschouwd?
Wij zijn ter aanbidding gekomen
met mirre met wierook en goud.”
3. En toen zij daar hadden vernomen:
“naar Bethlehem moet gij dan gaan”,
|
vertoonde zich weder de sterre
en reisden zij blijde weer aan.
Zij vonden het koninklijk Kindje
en knielden aanbiddend terneer,
met goud en met wierook en mirre
en keerden vol dankbaarheid weer. ■
|
Evangelie:
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs (Mt. 2,1-12)
Toen Jezus te Betlehem in Juda geboren was,
ten tijde van koning Herodes,
kwamen er te Jeruzalem Wijzen uit het oosten en vroegen:
“Waar is de pasgeboren koning der
|
Joden?
Want wij hebben zijn ster in het oosten gezien
en zijn gekomen om Hem onze hulde te brengen.”
Toen koning Herodes dit hoorde werd hij verontrust
en heel Jeruzalem met hem.
Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk bijeen
en legde hun de vraag voor
|
waar de Christus moest geboren worden.
Zij antwoordden hem:
“Te Betlehem in Juda.
Zo immers staat er geschreven bij de profeet:
En gij Betlehem, landstreek van Juda,
gij zijt volstrekt niet de geringste onder de leiders van Juda,
want uit u zal een leidsman te
|
voorschijn treden,
die herder zal zijn over mijn volk Israël.”
Toen ontbood Herodes in het geheim de Wijzen
en hij vroeg hun nauwkeurig naar de tijd
waarop de ster verschenen was.
Daarop zond hij hen naar Betlehem met de opdracht:
“Gaat een zorgvuldig onderzoek
|
instellen naar het Kind,
en wanneer gij het gevonden hebt, bericht het mij dan
opdat ook ik het hulde kan gaan brengen.”
Na de koning aanhoord te hebben vertrokken zij.
En zie,
de ster die zij in het oosten gezien hadden, ging voor hen uit
totdat ze boven de plaats waar het
|
Kind zich bevond
stil bleef staan.
Op het zien van de ster werden zij vervuld van overgrote vreugde.
Zij gingen het huis binnen,
zagen er het Kind met zijn moeder Maria
en op hun knieën neervallend betuigden zij het hun hulde.
Zij haalden hun schatten te voorschijn
|
en boden het geschenken aan:
goud, wierook en mirre.
En in een droom van Godswege gewaarschuwd
niet meer naar Herodes terug te keren,
vertrokken zij langs een andere weg naar hun land.
Zo spreekt de Heer.
Wij danken God. ■
|
Geloofsbelijdenis:
Ik geloof in één God, de almachtige Vader,
Schepper van hemel en aarde, van al wat zichtbaar en onzichtbaar is.
En in één Heer, Jezus Christus, eniggeboren Zoon van God vóór alle tijden geboren uit de Vader.
God uit God, licht uit licht, ware God uit de ware God, geboren, niet geschapen, één in wezen met de
|
Vader, en door wie alles geschapen is.
Hij is voor ons, mensen, en omwille van ons heil uit de hemel neergedaald.
Hij heeft het vlees aangenomen door de heilige Geest uit de maagd Maria en is mens geworden.
Hij werd voor ons gekruisigd, Hij heeft geleden onder Pontius Pilatus en is begraven.
|
Hij is verrezen op de derde dag, volgens de Schriften. Hij is opgevaren ten hemel: zit aan de rechterhand van de Vader.
Hij zal wederkomen in heerlijkheid om te oordelen levenden en doden en aan Zijn rijk komt geen einde.
Ik geloof in de heilige Geest die Heer is en het leven geeft, die voortkomt uit de Vader en de Zoon;
die met de Vader en de Zoon
|
tezamen wordt aanbeden en verheerlijkt; die gesproken heeft door de profeten.
Ik geloof in de ene, heilige katholieke en apostolische Kerk.
Ik belijd één doopsel tot vergeving van de zonden.
Ik verwacht de opstanding van de doden en het leven van het komend rijk. Amen. ■
|
Voorbede:
- voor de Kerk dat zij in deze tijd wegen mag vinden om de boodschap van Jezus aan alle mensen te verkondigen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons.
|
- voor alle machthebbers in deze wereld dat zij Jezus Christus mogen aanbidden als de ware koning van hemel en aarde, naar het voorbeeld van de drie koningen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons.
|
- voor alle kinderen en jongeren uit onze parochie dat zij mensen mogen ontmoeten die hen, zoals de ster van de koningen, de weg naar Jezus tonen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons.
|
- voor allen die op dit ogenblik lijden onder de gevolgen van natuurrampen, oorlog of onrecht dat God zich over hen mag ontfermen. Laat ons bidden.
Heer onze God, wij bidden U verhoor ons. ■
|
Offerandelied:
1. Nu zijt wellekome, Jesu, lieve Heer
Gij komt van alzo hoge, van alzo veer.
Nu zijt wellekome van de hoge hemel neer
hier al in dit aardrijk zijt Gij gezien nooit meer.
Kyrieleis
|
2. Christe Kyrieleison, laat ons zingen blij
daarmeed` ook onze leisen beginnen vrij
Jezus is geboren op de heilige Kerstnacht
van een Maged reine, die hoog moet zijn geacht.
Kyrieleis
3. `d Herders op de velden hoorden
|
een nieuw lied
dat Jezus was geboren, zij wisten `t niet
“Gaat aan geender straten en gij zult Hem vinden klaar
Beth`lem is de stede, daar `t is geschied voorwaar.”
Kyrieleis
4. d`Heilige drie Koon`gen uit zo verre land
|
zij zochten onze Here met offerhand
z` offerden ootmoedelijk myr`, wierook ende goud
t` eren van den Kinde, dat alle ding behoudt.
Kyrieleis ■
|
Bede over de gaven:
Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen, tot lof en eer van Zijn naam, tot welzijn van ons van heel Zijn heilige Kerk. ■
|
Heilig:
Heilig, heilig, heilig de Heer, de God der hemelse machten!
Vol zijn hemel en aarde van Uw heerlijkheid.
Hosanna in den hoge!
Gezegend Hij die komt in de naam des Heren
Hosanna in den hoge! ■
|
Acclamatie:
Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt. ■
|
Onze Vader:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
uw naam worde geheiligd,
uw rijk kome,
uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren,
en breng ons niet in beproeving
|
maar verlos ons van het kwade. ■
|
Doxologie:
Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen ■
|
Lam Gods:
Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons
Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons
Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld, geef ons de vrede ■
|
Uitnodiging:
Heer, ik ben niet waardig, dat Gij tot mij komt, maar spréék en ik zal gezond worden. ■
|
Communielied:
Last night I lay asleeping, there came a dream so fair
I stood in old Jerusalem beside the temple there
I heard the children singing
And ever as they sang
Methought the voice of Angels
From Heaven in answer rang
"Jerusalem, Jerusalem!
Lift up your gates and sing,
|
Hosanna in the highest, Hosanna to your King!"
And then me thought my dream was chang`d
The streets no longer rang
Hushed were the glad Hosannas
The little children sang
The sun grew dark with mystery
The morn was cold and chill
As the shadow of a cross arose
|
Upon a lonely hill
"Jerusalem, Jerusalem!
Hark! How the Angels sing,
Hosanna in the highest,
Hosanna to your King!"
And once again the scene was changed
New earth there seemed to be
I saw the Holy City
Beside the tideless sea
|
The light of God was on its streets
The gates were open wide
And all who would might enter
And no one was denied
No need of moon or stars by night
Or sun to shine by day
It was the new Jerusalem
That would not pass away
"Jerusalem! Jerusalem
Sing for the night is o`er
Hosanna in the highest
|
Hosanna for evermore!" ■
|
Moge de Heer het Licht zijn dat ons leven verlicht en ons de weg wijst naar Hem!
Gods zegen in dit nieuwe jaar! ■
|
|