|
Korte omschrijving
Het H. Vormsel is het sacrament van de zalving met de H. Geest. De H. Geest wil iedere gedoopte helpen om een leven te leiden dat God en de mensen aangenaam is.
Door het Vormsel wordt een gedoopte Christen een volwassen lid van de Kerk.
Als uitdrukking van dit volwassen-worden zal hij/zij zelf de doopbeloften herhalen die zijn/haar ouders, samen met peter en meter, in zijn/haar naam hebben uitgesproken bij het Doopsel.
Zoals de apostelen op het Pinksterfeest de H. Geest ontvingen, waarna hun zending begon. Zo krijgen wij de vormelingen de H. Geest die hen zal bijstaan om als oprechte Christenen te leven.
Korte beschrijving van het Heilig Vormsel in de Catechismus van de katholieke Kerk
Samen met het Doopsel en de Eucharistie vormt het sacrament van het Vormsel het geheel van de “sacramenten van de christelijke initiatie”, waarvan de eenheid onaangetast moet blijven. Men moet de gelovigen dus uitleggen dat het voor de volheid van de genade van het Doopsel nodig is dit sacrament te ontvangen. Inderdaad, “in het sacrament van het Vormsel, dat [de gedoopten] hechter met de kerk verbindt, ontvangen zij een bijzondere kracht van de heilige Geest en zij zijn daarom strenger gehouden om als waarachtige getuigen van Christus door hun werk en hun woord het geloof te verspreiden en te verdedigen”. (CKK 1285, een van de vele nummers over het Vormsel)
|
|
De toediening van het Vormsel
De viering van het Vormsel gaat als volgt. Eerst hernieuwen de vormelingen hun doopbeloften. D.w.z. zij beloven hun best te doen goede Christenen te zijn en zij leggen de geloofsbelijdenis af.
De bisschop (of zijn plaatsvervanger) strekt de handen uit over de vormelingen en bidt om de H. Geest en Zijn gaven:
|
Almachtige God, Vader van onze Heer Jezus Christus, Gij hebt uw dienaren herboren doen worden uit het water en de heilige Geest en bevrijd uit de macht van de zonde. Wij bidden U: zend over hen de heilige Geest, de Trooster, schenk hun de geest van wijsheid en verstand, de geest van inzicht en sterkte, de geest van kennis, van ontzag en liefde voor uw naam. Door Christus onze Heer.
|
|
Vervolgens komen de vormelingen naar voren, tussen hun ouders. Als zij voor de bisschop staan zeggen zij: "Dit is onze N.". Vervolgens legt de bisschop zijn hand op het hoofd van de vormeling, geeft hem/haar tegelijk met zijn duim een kruisje met chrisma op het voorhoofd waarbij hij zegt: N. ontvang het zegel van de H. Geest, de gave Gods.
De vormeling antwoordt: "Amen." (Zo is dat)
Wie dient het H. Vormsel toe
De normale bedienaar voor het H. Vormsel is een bisschop, de directe opvolger van de apostelen. De bisschop kan echter ook een priester machtigen om het H. Vormsel toe te dienen. In de regel zijn dit zijn directe medewerkers (vicarissen) of een deken. Ieder voorjaar duidt de bisschop per dekenaat een zogenaamde vormheer (incl. zichzelf) aan voor het volgende schooljaar. Omdat wij uiteraard met de agenda van de toegewezen vormheer rekening moeten houden kunnen wij de vormseldatum niet verder dan één (half) jaar vooruit plannen.
|