Pastoor Daemen: verschil tussen versies

Uit Parwiki
Regel 5: Regel 5:
 
Zijn pastoraat was van 23 juni 1777 tot eind januari 1798.<br>
 
Zijn pastoraat was van 23 juni 1777 tot eind januari 1798.<br>
 
Hij was kennelijk Jezuïet tot aan de opheffing van deze orde in 1773.<br>
 
Hij was kennelijk Jezuïet tot aan de opheffing van deze orde in 1773.<br>
Mogelijk dat via hem de biechtstoelen van de Jezuïetenkerk in Roermond naar de St. Augustinuskerk zijn gekomen. Dit zal allicht voor het begin van de Franse tijd in 1794 zijn.<br>
+
Mogelijk dat zijn connectie met de Jezuïeten ervoor zorgde dat twee biechtstoelen uit de Jezuïetenkerk in Roermond naar de St. Augustinuskerk zijn gekomen. Waarschijnlijk kwamen toen ook de twee beelden van de H. Franciscus Xaverius, een heilige Jezuïet, toen ook mee naar Elsloo.<br>
 
In 1794 werd Maastricht door de Fransen veroverd en daarmee begon de bezetting van onze contreien door de Fransen en de vervolging van de priesters.<br>
 
In 1794 werd Maastricht door de Fransen veroverd en daarmee begon de bezetting van onze contreien door de Fransen en de vervolging van de priesters.<br>
 
Wij proberen uit te vissen hoe het in deze tijd de priesters verging, die te maken kregen met het verplicht afleggen van de eed op de Franse grondwet en vervolging wanneer zij trouw bleven aan de Kerk.<br>
 
Wij proberen uit te vissen hoe het in deze tijd de priesters verging, die te maken kregen met het verplicht afleggen van de eed op de Franse grondwet en vervolging wanneer zij trouw bleven aan de Kerk.<br>

Versie van 26 jun 2023 13:03


Henricus Daemen pastoor 1777-1798

Zijn pastoraat was van 23 juni 1777 tot eind januari 1798.
Hij was kennelijk Jezuïet tot aan de opheffing van deze orde in 1773.
Mogelijk dat zijn connectie met de Jezuïeten ervoor zorgde dat twee biechtstoelen uit de Jezuïetenkerk in Roermond naar de St. Augustinuskerk zijn gekomen. Waarschijnlijk kwamen toen ook de twee beelden van de H. Franciscus Xaverius, een heilige Jezuïet, toen ook mee naar Elsloo.
In 1794 werd Maastricht door de Fransen veroverd en daarmee begon de bezetting van onze contreien door de Fransen en de vervolging van de priesters.
Wij proberen uit te vissen hoe het in deze tijd de priesters verging, die te maken kregen met het verplicht afleggen van de eed op de Franse grondwet en vervolging wanneer zij trouw bleven aan de Kerk.
Vanaf 1797-1798 werden deze wetten geurgeerd en werden duizenden priesters ook uit de bezette gebieden verbannen, vermoord, enz.
Hoe het in Elsloo precies verlopen is weten wij (nog) niet. Vaak doken priesters in de dorpen onder en deden hun werk in het geheim.
Waarschijnlijk is zijn officieel pastoor-zijn beëindigd door de bezetter met zijn anti-kerkelijke wetten.