Mgr. d'Arberg: verschil tussen versies
Regel 6: | Regel 6: | ||
|- | |- | ||
|valign=top|[[File:Charles Alexandre d'Arberg de Valangin.jpg|frameless|Charles Alexandre d'Arberg de Valangin]]<br> | |valign=top|[[File:Charles Alexandre d'Arberg de Valangin.jpg|frameless|Charles Alexandre d'Arberg de Valangin]]<br> | ||
− | |||
|valign=top align=justify| | |valign=top align=justify| | ||
− | + | Karel-Alexander van Arberg (ook d'Arberg e Vallanghin) werd geboren in Nijvel (B) op 24 augustus 1734.<br> | |
− | + | Hij was wijbisschop van het bisdom Luik vanaf 1767 en de laatste bisschop van het bisdom Ieper vanaf 1785 tot de Franse tijd hier een einde aan maakte.<br> | |
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | Hij was wijbisschop van het bisdom Luik vanaf 1767 en de laatste bisschop van het bisdom Ieper vanaf 1785 tot de Franse tijd | ||
Hij verliet zijn bisdom om ongekende redenen in april 1791.<ref>{{sc|Preneel}}, 120v.</ref> Hij keerde terug na de eerste Franse bezetting in mei 1793. Bij de tweede Franse inval in april 1794 vluchtte hij naar Duitsland, naar Dorsten aan de Lippe en later naar slot Krechting bij Bocholt (Duitsland) en werd zo een zogenaamde émigré. In 1801 vestigde hij zich in Düsseldorf.<ref> De traditie wil dat dat ook een tijdlang in Elsloo bij zijn broer op het kasteel ondergedoken zat.</ref> Van daaruit probeerde hij via zijn vicarissen zo goed en zo kwaad als het kon leiding te geven aan zijn bisdom. Van de 400 priesters van zijn bisdom waren er maar 30 die de eed van haat aflegden, die de Franse bezetter van hen eiste, en waardoor ze door de Kerk als afvalligen gezien werden.<br> | Hij verliet zijn bisdom om ongekende redenen in april 1791.<ref>{{sc|Preneel}}, 120v.</ref> Hij keerde terug na de eerste Franse bezetting in mei 1793. Bij de tweede Franse inval in april 1794 vluchtte hij naar Duitsland, naar Dorsten aan de Lippe en later naar slot Krechting bij Bocholt (Duitsland) en werd zo een zogenaamde émigré. In 1801 vestigde hij zich in Düsseldorf.<ref> De traditie wil dat dat ook een tijdlang in Elsloo bij zijn broer op het kasteel ondergedoken zat.</ref> Van daaruit probeerde hij via zijn vicarissen zo goed en zo kwaad als het kon leiding te geven aan zijn bisdom. Van de 400 priesters van zijn bisdom waren er maar 30 die de eed van haat aflegden, die de Franse bezetter van hen eiste, en waardoor ze door de Kerk als afvalligen gezien werden.<br> | ||
Na het concordaat van 15 juli 1801 tussen Napoleon en Pius VII ontving hij het verzoek van de paus om af te treden, zoals vrijwel alle bisschoppen in de Franse gebieden, om plaats te maken voor nieuwe benoemingen, waarbij de bezem gehaald werd door heel wat kleine bisdommen. Het bisdom Ieper werd opgeheven en grotendeels samengevoegd met het bisdom Gent. d'Arberg ging in op dit verzoek in een brief van 7 december 1801.<br> | Na het concordaat van 15 juli 1801 tussen Napoleon en Pius VII ontving hij het verzoek van de paus om af te treden, zoals vrijwel alle bisschoppen in de Franse gebieden, om plaats te maken voor nieuwe benoemingen, waarbij de bezem gehaald werd door heel wat kleine bisdommen. Het bisdom Ieper werd opgeheven en grotendeels samengevoegd met het bisdom Gent. d'Arberg ging in op dit verzoek in een brief van 7 december 1801.<br> | ||
Na zijn aftreden en na het van kracht worden van het concordaat op Pasen 1802 kreeg hij een pensioen van de Franse staat en trok zich terug in zijn kasteel La Rochette bij Chaudfontaine.<br> | Na zijn aftreden en na het van kracht worden van het concordaat op Pasen 1802 kreeg hij een pensioen van de Franse staat en trok zich terug in zijn kasteel La Rochette bij Chaudfontaine.<br> | ||
Hij overleed op 10 mei 1809 in zijn kasteel la Rochette bij Chaudfontaine (provincie Luik) en werd in Elsloo begraven [[Grafkapel de Geloes, binnenaanzicht|in de grafkapel]] op ons kerkhof.<br> | Hij overleed op 10 mei 1809 in zijn kasteel la Rochette bij Chaudfontaine (provincie Luik) en werd in Elsloo begraven [[Grafkapel de Geloes, binnenaanzicht|in de grafkapel]] op ons kerkhof.<br> | ||
− | Over de geschiedenis van deze grafkapel en de familie d'Arberg zie: [[Geschiedenis_St._Augustinuskerk#De bouw van de huidige kerk| De geschiedenis van de huidige St. Augustinuskerk]]<br> | + | Over de geschiedenis van deze [[Begraafplaats_Op_de_Berg,_monumenten#Grafkapel_van_de_familie_"de Geloes"|grafkapel]] en de familie d'Arberg zie: [[Geschiedenis_St._Augustinuskerk#De bouw van de huidige kerk| De geschiedenis van de huidige St. Augustinuskerk]]<br> |
+ | <br> | ||
In de vorige [[St. Augustinuskerk]] heeft hij het St. Augustinusaltaar geconsacreerd volgens de bijgesloten documenten gebeurde dat op 22 augustus 1779. Zie: [[Altaarrelikwie St. Augustinuskerk (1779)]]<ref>Er zijn ons geen tekeningen of schetsen van het interieur van de oude kerk bekend.</ref><br> | In de vorige [[St. Augustinuskerk]] heeft hij het St. Augustinusaltaar geconsacreerd volgens de bijgesloten documenten gebeurde dat op 22 augustus 1779. Zie: [[Altaarrelikwie St. Augustinuskerk (1779)]]<ref>Er zijn ons geen tekeningen of schetsen van het interieur van de oude kerk bekend.</ref><br> | ||
Na zijn dood heeft hij [[Inventaris klein Mariakerk#Kelken en hostieschalen|een zilveren kelk aan de parochie geschonken]], zoals ook vermeld in ons [[Liber Memorialis]], blz. 134.<br> | Na zijn dood heeft hij [[Inventaris klein Mariakerk#Kelken en hostieschalen|een zilveren kelk aan de parochie geschonken]], zoals ook vermeld in ons [[Liber Memorialis]], blz. 134.<br> | ||
− | + | Er is een straat naar hem vernoemd in Elsloo. | |
|} | |} | ||
====Bronnen==== | ====Bronnen==== |
Versie van 17 aug 2024 09:53
Monseigneur, d'Arberg Vallangin, bisschop van Ieper (1743-1809) | |
Karel-Alexander van Arberg (ook d'Arberg e Vallanghin) werd geboren in Nijvel (B) op 24 augustus 1734. |
Bronnen
- L. Preneel, "Karel-Alexander van Arberg, XVIIIe bisschop van Ieper (1786-1802)", in: Standen en Landen, Brussel, 1968, blz. 105-144.
De websides: Terug via <- op browser.
Monseigneur, d'Arberg Vallangin, bisschop van Ieper