H. Juliana van Cornillon: verschil tussen versies
Regel 24: | Regel 24: | ||
==Het feest van Sacramentsdag in de hele Kerk== | ==Het feest van Sacramentsdag in de hele Kerk== | ||
− | Na de eerste twee mislukte pogingen om het feest in te vieren resp. door [{{#data: website->thorote}} Robert van Thorote] en [{{#data: website->cher}}Hugo van St. Cher] bevestigde de nieuwe pauselijke legaat kardinaal Petrus Capocci op 30 november 1254 het decreet van zijn voorganger Hugo.<br> | + | Na de eerste twee mislukte pogingen om het feest in te vieren resp. door [{{#data: website->thorote}} Robert van Thorote] en [{{#data: website->cher}} Hugo van St. Cher] bevestigde de nieuwe pauselijke legaat kardinaal Petrus Capocci op 30 november 1254 het decreet van zijn voorganger Hugo.<br> |
Uiteindelijk kwam het feest van Sacramentsdag er toch m.n. door toedoen van aartsdiaken [{{#data: website->pantaléon}} Jacques Pantaléon], werkzaam als aartsdiaken van 1841-1846 onder Robert van Thorote vanaf 1240. Zijn opdracht bestond erin parochies te bezoeken, wantoestanden te bestrijden en hervormingen door te voeren. Pantaléon was een bekwaam man en werd in die tijd ook al met een aantal pauselijk opdrachten naar Polen en Pruisen gestuurd. Na de dood van bisschop Robert van Thorote keerde hij terug naar Laon in 1249 waar hij ook de functie van aartsdiaken bekleedde.<br> | Uiteindelijk kwam het feest van Sacramentsdag er toch m.n. door toedoen van aartsdiaken [{{#data: website->pantaléon}} Jacques Pantaléon], werkzaam als aartsdiaken van 1841-1846 onder Robert van Thorote vanaf 1240. Zijn opdracht bestond erin parochies te bezoeken, wantoestanden te bestrijden en hervormingen door te voeren. Pantaléon was een bekwaam man en werd in die tijd ook al met een aantal pauselijk opdrachten naar Polen en Pruisen gestuurd. Na de dood van bisschop Robert van Thorote keerde hij terug naar Laon in 1249 waar hij ook de functie van aartsdiaken bekleedde.<br> | ||
In 1255 werd hij benoemd tot patriarch van Jeruzalem, maar kon daar niet lang blijven ten gevolge van de penibele situatie van de kruisvaarders. Terug in Italië werd hij in 1261 met eenparigheid van stemmen gekozen tot paus Urbanus IV (1261-1264). In 1264 voerde hij het feest van [[Sacramentsdag]] in voor de hele kerk.<br> | In 1255 werd hij benoemd tot patriarch van Jeruzalem, maar kon daar niet lang blijven ten gevolge van de penibele situatie van de kruisvaarders. Terug in Italië werd hij in 1261 met eenparigheid van stemmen gekozen tot paus Urbanus IV (1261-1264). In 1264 voerde hij het feest van [[Sacramentsdag]] in voor de hele kerk.<br> |
Versie van 29 mei 2024 09:56
kloosterzuster en mystica en het feest van Sacramentsdag Leven en zendingJuliana werd rond 1192 te Rétinne bij Luik geboren. Toen ze op haar vijfde jaar haar beide ouders verloor, werd zij vanaf dat moment opgevoed door de zusters kanunnikessen met de regel van Augustinus, in het klooster op de Corneliusberg (= Cornillon) vlakbij Luik. Zij werd er uiteindelijk ook zelf zuster en in 1222 werd ze priorin. Zij was bevriend met de recluse Eva van Luik (+1265), die ingemetseld in een cel naast de St. Martinuskerk leefde. (Zijn later bekend als de zalige Eva van Luik) Samen spanden zij zich in voor de verbreiding van de devotie tot het Heilig Altaarsacrament en de invoering van het feest van Sacramentsdag. Het feest van het H. Sacrament in LuikHet feest werd ingevoerd voor het bisdom Luik in de zomer van 1246 onder bisschop Robert van Thorote (1240-1246), die echter overleed voor hij het feest verplicht kon stellen voor het hele bisdom. Het levenseinde van JulianaIntussen was er in het naburige mannenklooster een nieuwe prior die geen gelegenheid onbenut liet om Juliana te beschuldigen van schijnheiligheid. De prior verzette zich tegen de strenge leefregel die zij wilde invoeren voor haar communauteit. Tot tweemaal moest zij vluchten. Tijdens de tweede vlucht (in 1248) trok zij, met vier andere zusters, naar het cisterciënzerinnenklooster (trappistinnen) van Salzinnes (Namen). Het feest van Sacramentsdag in de hele KerkNa de eerste twee mislukte pogingen om het feest in te vieren resp. door Robert van Thorote en Hugo van St. Cher bevestigde de nieuwe pauselijke legaat kardinaal Petrus Capocci op 30 november 1254 het decreet van zijn voorganger Hugo. |